Fin

Week 11 & 12 | Kiyiköy -> Istanbul | 141 km | ∆ 1.460 m


Wanneer je zo dicht bij een doel bent, in dit geval Istanbul, is het lastig niet ongeduldig te worden. Door de warmte en het zinloos geweld van de eindeloze reeks steile korte heuvels konden wij in ieder geval niet wachten om Constantinopel binnen te fietsen. Maar hoe doe je dat in een 16 miljoen mensen tellende metropool? De stad diende zich al ver van te voren aan in de vorm van 6 baans snelwegen en een horizon gevuld met flatgebouwen - en dan ben je er nog lang niet. Na een flinke dag fietsen en 17 km naar beneden racen langs een drukke snelweg bevonden wij ons in Büyükçekmece, een inmiddels buitenwijk van Istanbul die met 700.000 inwoners ruim twee keer zoveel inwoners telt als me stadsie Utrecht. We zijn er.

Deze wijk was bewust gekozen. Vanaf hier is het namelijk nog 45 kilometer (+ flinke heuvels) over drukke wegen tot het oude centrum. Gelukkig is Istanbul de stad van de ferrys en kunnen we na een duikje in de zee van Marmara vanaf hier het asfalt omruilen voor water. Begeleid door een vrolijke dolfijn landen we zo midden in het oude centrum.

Hierop volgen een aantal dagen om deze enorme stad een beetje te kunnen duiden. In het kort, onze duiding:

Heel veel mensen

Moge het nog niet duidelijk zijn: 16 miljoen mensen is veel mensen. Tel daar de toeristen bij op en dan is het wat minder leuk. Gelukkig geld ook in Istanbul de gouden regel: loop een straatje verder dan de andere toeristen en je bent ze kwijt.

Oude dingen

Ooit bewoond door Grieken als Byzantium, als Constantinopel door de Romeinen en Ottomanen en uiteindelijk door de Turken als Istanbul, heeft de stad veel mensen gezien. En iedereen liet natuurlijk wat achter. Dit resulteerd in een hoop dure oude dingen die veel mensen aantrekken (zie hieronder mijn poging deze mensen niet op de foto te hebben staan).

Ferry

Na twee uur gewaad te hebben door de massa’s bij het (dure oude) Topkapi paleis, voelt het als een enorme bevrijding om de Ferry op te stappen en verkoelt door het water over de Bosphorus te tuffen. Voor een euro ben je plotseling in Azië, in een wijk gedomineerd door Kumpir (gepofde gevulde aardappel) of in een jonge uitgaanswijk.

Kedi

Maar het meest tekenend voor de stad, en misschien ook wel de Turkse cultuur, was de enorme hoeveelheid straatkatten en hoe voor ze gezorgd werd alsof ze een beetje van iedereen waren. Katten wachtend op hun dagelijkse snack van de slager, katten aan hun favoriete tafel in het Çigkofte restaurant en katten overal liggend behalve in de geimproviseerde hokjes die overal door bewoners worden gebouwd.

Met Istanbul als sluitstuk (volgende keer met betere temperaturen wellicht verder door naar het oosten), nemen wij een niet nader te noemen hoeveelheid treinen tot wij ons weer in NL begeven. Dit leidt ons tot 1 tip die we iedereen in ieder geval op het hart willen drukken als je ooit zoiets wilt ondernemen: stuur je fiets met de post naar huis, scheelt je een hoop stress. Bedankt voor het lezen en liefs!

Volgende
Volgende

Hittegolven en gezellige diertjes